25 april 2022

Mister Dakramen

‘De baas zei altied: er is één man die overblieft en dat is Henkie Groen. En zo is het gegaan.’ Drie jaar na zijn vertrek is Henk Groen even terug bij Ubbink. Van de 70 jaar dat hij nu leeft, is hij 47 jaar en acht maanden in dienst geweest van het Doesburgse bedrijf. Altijd heeft hij hetzelfde werk gedaan. Henk is Mister Dakramen.

Verhaal-116-Mister-Dakramen_1920x1280px

In het begin maakte hij ze nog met 22 collega’s, in de laatste periode vrijwel altijd alleen. Op een gegeven moment wist iedereen binnen Ubbink dat als Henkie er niet was, er geen dakramen werden gemaakt.

‘Ik was er heel secuur in’, vertelt hij. ‘De afwerking is belangrijk. Ik zorgde er bijvoorbeeld altijd voor dat de nietjes van de strips die eraan vast moesten komen, mooi verspreid zaten. Dat is belangrijk. Het moet er wel netjes uitzien voor de klant.’

Met plezier kijkt hij terug op zijn lange tijd aan de Verhuellweg. Op de onderlinge verbondenheid, saamhorigheid en flauwe geintjes. ‘Ik ben hier ook gedoopt’, zegt hij met een grijns. ‘Dat was vroeger heel gebruikelijk. Ik denk dat ik zo’n drie maanden hier aan het werk was. Ineens gingen de lampen uit en was het pikkedonker. En toen, zonder dat ik het door kon hebben, gooiden ze een bak met water over mij heen. Drijfnat was ik.’ Hij moet er weer om lachen. ‘We konden veel hebben van elkaar.’

Het was ook een heel andere tijd. Ubbink bestond uit tientallen werknemers. ‘We hadden een muziekbox hier staan. Als de baas er niet was, ging-ie zo hard dat het net een discotheek was hier.’

En iedere middag werd er gevoetbald, op het veldje om de hoek. ‘Kantoorlui tegen werkvolk. Ging er hard aan toe, hoor. Daarna opfrissen en weer verder.’

Hoewel de ouderdom inmiddels langzaam vat op hem krijgt, blijft hij er alles aan doen om fit te blijven. Iedere dag doet Henk nog krachtoefeningen. Voor de buikspieren. De triceps. ‘Maximaal een kwartiertje. En dan zo diep mogelijk gaan, hè.’

Hij loopt twee krantenwijken (‘heeft de vrouw direct geregeld na mijn pensioen’) en heeft een ‘paar adresjes’ waar hij de tuin onderhoudt. ‘Levert een leuk extra zakcentje op.’

En hij doet het natuurlijk graag, werken in de tuin. Dat is al zijn hele leven zo. Niet voor niets heeft hij thuis een grote koivijver én een speciale boom. Een Ubbink-boom. ‘Op iedere afdeling stond altijd een kerstboom. Ik heb er één mee naar huis genomen, drie zakken potgrond gekocht, de wortels ingewikkeld en een hele winter warm water gegeven. Iedereen in de straat lachte mij uit, dacht dat het mij nooit zou lukken. “Laat ze maar lachen”, zei mijn vrouw. “Jij krijgt ’t voor elkaar.” En zo is het. Hij staat er nog steeds.’

Zo blijft Henk niet alleen altijd verbonden aan Ubbink door de tienduizenden dakramen die door zijn handen zijn gegleden, maar zal Ubbink ook de rest van zijn bestaan in zijn leven blijven.

Meer verhalen

De lijn wordt een U

De lijn wordt een U

Gepassioneerd beweegt directrice Carin Hendriksen door de proefopstelling in de fabriek. Vol enthousiasme vertelt ze over de door Ubbink gemaakte tools die het de werknemer makkelijker gaan maken. En met trots praat ze over de in eigen beheer ontwikkelde en gebouwde werkplekken, helemaal ergonomisch verantwoord. ‘Ik geloof erin dat wij nog altijd de concurrentiestrijd met landen als China kunnen winnen. Maar dan moeten we wél slim werken.’

Lees meer
Septemberbrigade

Septemberbrigade

Ze worden door sommigen gekscherend de Septemberbrigade genoemd, de vijf nieuwe managers die in september 2020 tegelijkertijd zijn begonnen bij Ubbink. Met een frisse blik kijken zij naar het bedrijf. Hoe zouden zij, als relatieve nieuwkomers, de cultuur omschrijven?

Lees meer